Geplaatst op 10 januari 2017 in Kenia
Daar is geen woord van gelogen: het is ‘ndjoto’, het is heet, héél heet. Niet alleen voor mij, een mzungu (blanke), maar voor iedereen. We roepen allemaal: ‘no, I didn’t sleep well, it was too hot!’, zuchten nog eens wat en vervolgen onze weg. Want het is ook gewoon zomer en deze temperaturen (midden op de dag bijna 40 graden) zullen wel zo’n beetje blijven tot eind maart.
Ik zweet me de dag door, mijn vingers glibberen over het toetsenbord, de papieren op het bureau blijven aan mijn plakkerige armen kleven en de zweetsnor … ach, die is er gewoon weer en wordt niet eens meer opgemerkt. Om van kantoor naar de keuken te gaan, lopen we even om, gewoon om in de schaduw te blijven. En als het echt even te veel wordt, gaan we onder de ventilator staan, die het gelukkig nu (bijna) altijd doet sinds er echte, ja èchte stroom is! Ik zeg er voorzichtig ‘bijna’ bij, want de stroom valt natuurlijk wel af en toe uit. Maar een kniesoor die daarop let: TIA (This Is Africa)!
Hitte
Voor mijn vertrek naar Kenia kreeg ik wat t-shirts van mijn zusje: ‘hier, neem maar mee!’ Heerlijk, want ik hou niet van shoppen en eerlijk gezegd had ik wel een paar mouwloze hemdjes nodig (en koop die maar eens in de winter in NL). Een van de hemdjes heeft een soort rubberen opdruk, een beetje een Afrikaans patroon; leuk! Alleen… die opdruk is niet bestand tegen de temperaturen hier in Afrika, want de rubberen opdruk ‘smelt’ en plakt overal aan vast. De oplossing is overigens simpel, hoewel tijdelijk: gewoon even in koelkast (of nog beter: vriezer) leggen
’s Avonds koelt het af (’s nachts toch nog zo tussen de 25 en 30 graden C) en steekt er een lekker windje op. Na het werk ga ik gauw douchen, en druipnat, in mijn Afrikaanse omslagdoek, ga ik in dat windje voor mijn kamer zitten, in mijn trouwe groene tuinstoel, met mijn benen op een tweede groene tuinstoel en mijn laptops om me heen. Ik werk wat voor mijn NL opdrachtgevers en beantwoord mails. De druppels uit mijn haar koelen mijn rug nog wat na, maar al heel snel ben ik volledig opgedroogd en voel ik de warmte weer op me neerdalen. Gelukkig kan ik goed tegen deze warmte, sterker nog, ik vind het heerlijk. Mijn tempo gaat omlaag, lopen wordt slenteren, en ik probeer zo efficiënt mogelijk te zijn: dus niks vergeten als ik van mijn kamer naar kantoor loop, één keer door die bloedhete zon is voldoende. Ha! Dat is een uitdaging.
Apparatuur … tja, dat is ook zoiets. Mijn laptops houden het wel even vol, maar soms kan ik de opladers niet vastpakken, zo heet zijn ze. En ook mijn notebook wordt soms bloedheet en mijn handen zweven dan ook boven het toetsenbord. Als ik het niet meer aandurf, zet ik hem even (nou ja… even ) uit om ‘m te laten afkoelen.
Mijn telefoon is al een keer of wat gecrasht. Bloedheet, weigerde ook nog maar één app te openen en kapt er dus af en toe mee. Ik leg hem gewoon in de koelkast (of vriezer), sluit hem na een half uurtje weer aan en reset hem. Niks meer aan de hand. Maar ik word er wel ongedurig van, want het gebeurt natuurlijk altijd op momenten dat het niet uitkomt (als ik bijvoorbeeld net een waanzinnig leuke foto wil maken ).
BH
Ndjoto, ja het is heet. En dan zijn er ook nog ineens van die probleempjes, waar je normaal niet bij stilstaat. Een zo’n probleempje is een echt vrouwendingetje (sorry heren).
Ik ben namelijk een draaier. Ja, hoe dat zo gekomen is, weet ik niet, maar ik ben een rasechte draaier: ik maak mijn bh achterstevoren vast en draai ‘m dan tot de sluiting keurig op mijn rug zit. Maar als je bezweet, plakkerig (of nat van de douche) zoiets wilt doen, heb je een probleem. Ik wel tenminste. Ik krijg dat klereding namelijk niet omgedraaid. Dus ben ik inmiddels in training om die ongelofelijk vervelende, kleine, irritante haakjes met twee handen (zonder dat ik het kan zien dus) achter op mijn rug vast te haken. Ik kan zeggen: een hele klus. En als het even tegenzit, ben ik zo 10 minuten verder, staat het zweet me op de rug, ben ik dringend aan een verkoelende douche toe en begrijp ik ineens waarom Afrikaanse (oudere) vrouwen dat ding hebben afgezworen.
Liters water gaan er doorheen. En zoals dat hoort, drink ik keurig water uit flesjes. Noch Ali (directeur), noch mama Fridah willen dat ik (regen)water uit de grote grijze container, die binnen het hek van de kippenren staat, drink: het zou stoffig zijn en misschien wel allerlei enge dingen kunnen bevatten, die mijn tere gestel niet aankunnen. Maar … dit soort dingen moet je natuurlijk niet tegen mij zeggen , want het is dan een uitdaging om te bewijzen dat ik juist een ijzersterk gestel heb. Ik heb dus allang stiekem (overigens per ongeluk) uitgeprobeerd of dat regenwater effect heeft op mijn binnenwerk, en ik kan hier trots melden dat er geen enkele reactie is geweest. Dus als ik in de kippenren zit en ik heb dorst, vul ik gewoon mijn flesje met het water uit de regenton en zeg er niks van. Water uit de kraan wordt hier overigens door niemand gedronken, dat schijnt zelf door de Kenianen niet te verdragen te zijn.
Na het werk plakt mijn tong zowat tegen mijn gehemelte en komt het water zo’n beetje mijn neus uit. Tijd voor een Tusker (Keniaans bier), lekker uit de koelkast, maar waar ik zo lang mee doe dat het (restje) uiteraard drie uur later warm is. Het kan me niet deren: even géén water meer…
Het klimaat is ook hier aan veranderingen onderhevig. Het feit dat er zelfs in deze tijd nog regen valt, levert overigens voor de natuur ook wel aparte dingen op. Zo struikel je hier over de tienduizendpoten, vooral ’s avonds en ’s nachts wandelen ze overal en nergens en moet je uitkijken dat je er niet op trapt (dat geeft een akelig krakerig geluid). Die 20 tot 25 cm lange zwarte beestjes gedijen blijkbaar prima in zo’n vochtige, warme omgeving. Ook zag ik op een ochtend een kleine pad (of kikkertje) in het vochtige gras zitten, die ik vervolgens ’s avonds weer kon begroeten in de douche, waar hij zijn toevlucht had gezocht. Ik kan me dat van vorig jaar niet herinneren.
Slang
Door de enorme hitte zoeken dieren ook op ongebruikelijke plaatsen water of koelte. Een paniekerige kreet van Gloria en we spotten een slang, die zich had verstopt in een bosje. Een farmworker doodt het beest met een stok. Ik vind het zielig, maar hij scheen giftig te zijn. Resultaat van zijn bezoek: alle struiken zullen worden gesnoeid…
Als je goed op de foto’s kijkt, zie je dat hij zijn galgenmaal nog heeft kunnen nuttigen.
Ja, het is warm in Kenia. Maar ik hou ervan, want de warmte hier in mijn andere wereld komt niet alleen van de zon, gaat niet alleen maar over temperaturen, maar zit vooral ook in de mensen. Ik koester deze warmte, het gevoel van welkom zijn, het oprecht blij zijn dat je er bent … en zeg nou eerlijk: wie kan er nou zonder deze bijzondere, menselijke warmte om zich heen?
Met een warme groet,
Grada
Geef een reactie