Geschreven in Kenia op 15 december 2019
Ik sta al vroeg aan de weg, want ik heb afgesproken met Emmanuel, de Social Worker die in de LungaLunga regio werkt. Vandaag gaan we naar Maledi, waar we al eerder in de buurt waren deze week in verband met de eerstesteenlegging van de SSU in Mwangulu. Daar hebben we al even overlegd: we gaan zes huishoudens bezoeken en ik zie er echt naar uit. Fieldtrips met Emmanuel zijn altijd bijzonder, hij is een heel gedreven en gepassioneerde Social Worker, die al lang bij KidsCare werkt.
Ik heb afgesproken dat ik naar hem toe kom met de matatu, want LungaLunga is een eind weg van KidsCare Center en Emmanuel woont in Mwangulu (in de regio LungaLunga).
Matatu’s
Het was me al opgevallen: de matatu’s die ik de laatste weken heb meegemaakt, zien er eigenlijk heel netjes uit, sommige zelfs bijna nieuw. Er rijden zelfs een paar van die kleine Daihatsu’s busjes rond, met maar 7 zitplaatsen, waarvan ik me afvraag of ze met de gehanteerde prijzen wel rendabel zijn. Want de ritten zijn niet echt duur en in de Isuzu busjes kun je nog 17 man proppen, maar in zo’n klein Daihatsutje kunnen er echt niet meer dan 7 (en dan is één plek nog onbetaald, want daar zit de moneyman!). Ze proberen je overigens wel meteen meer te berekenen, maar daar trap ik niet in, zeker niet als we al onderweg zijn. Dan hadden ze dat vooraf maar moeten zeggen 😉
Maar dan gebeurt het dus toch … eindelijk tref ik weer eens een matatu die aan alle kanten rammelt. Als ik instap, word ik meteen naar achteren gedirigeerd, want ik moet mee tot het eindpunt, het busstation in LungaLunga. Achter in zo’n busje zitten is nou niet mijn meest favoriete bezigheid en ik hoop dus maar dat mijn ontbijt straks niet rechtsomkeert wil maken…
Het busje is in dermate slechte staat, dat de moneyman de schuifdeur elke keer vastmaakt met een ijzerdraadje aan de voorstoel, de beenruimte achterin wordt fors beperkt door een aantal autobanden dat tussen de stoelen is gepropt en er zit in ieder geval in het raampje waar ik aan mag zitten, geen glas. Doordat de achterklep ook niet goed sluit, komen de uitlaatgassen rechtstreeks het busje in en ik bedenk dat ik in die vijf weken, die ik nu hier ben, wel weer genoeg vervuilende lucht heb ingeademd …
Harder dan 30 km p/u (schatting) lijkt hij ook niet te kunnen rijden, in ieder geval niet heuvelop. Ik krijg meteen flashbacks van onze vakantiereizen door Europa met de eend met vouwwagen, die ook hetzelfde euvel had: bergop 30, bergaf was dan wel weer gaaf waarbij de snelheidsmeter soms door de teller heen schoot 😉
Wachten
Aangekomen op het busstation, is Emmanuel in geen velden of wegen te bekennen, en ik ga op de bank zitten om af te wachten wat mij vandaag weer allemaal staat te wachten.
Ja, wachten. Dat is tot kunst verheven in Kenia. Onderling contact is best mogelijk, bijvoorbeeld om te laten weten waarom je er nog niet bent, maar dat is ook weer niet echt gebruikelijk. Dat vertel je gewoon later wel. Ik ben eraan gewend en maak me allang niet druk meer …
Het probleem van het wachten is (voor mij) niet zozeer het wachten, als wel dat er meteen tig mannen om me heen staan die me allemaal gráág ergens naartoe willen brengen. Reuze vriendelijk allemaal, waarbij ik me altijd wel afvraag wáár ze me dan graag naar toe willen brengen 😉 Maar goed, het wachten op zich is niet zo’n probleem, maar ik moet dus ook tig keer uitleggen dat ik een afspraak heb en dat iemand me komt ophalen. Na een kwartier geloven ze dat echt niet meer, komen ze vragen hoe het met me gaat, en direct daar achteraan of ik niet toch met ze mee wil. Om te voorkomen dat ik alleen maar aan het uitleggen ben, pak ik mijn schriftje en begin gewoon mijn volgende blog te schrijven. Altijd handig …
Pech en geluk
Als Emmanuel arriveert, uiteraard met de nodige excuses want zijn motorbike deed ‘raar’, gaan we snel op pad. Maar lang duurt dat niet. De pikipiki hapert en even later valt ie gewoon uit. Ik stap af en wijs op de bougie, geen idee hoe zoiets in het Engels heet, maar met wijzen kom je ook een eind. Emmanuel kijkt me aan of hij water ziet branden en ik reageer mogelijk wat geïrriteerd. Verdorie, mag je zelfs in Kenia geen verstand hebben van motoren en in dit geval een eenvoudige bougie? Het doet me denken aan een probleem met mijn auto lang geleden: ik belde de ANWB en vertelde dat de brandstofpomp het begeven had. Half uur later komt de ANWB aanrijden en ik vertel opnieuw dat de brandstofpomp het heeft begeven. Zegt die meneer ‘mevrouwtje, dat zoek ik zelf wel even uit!’ sleept me vervolgens af en even later blijkt de brandstofpomp kapot te zijn… Hij wist ook niet waar dat ding zat en voorzichtig heb ik hem de plek gewezen. Hij heeft geen woord meer gezegd… 😉
Er staat een jongen aan de kant van de weg die naar ons toe komt. Het eerste wat hij doet is de bougie lostrekken en schoonmaken (blazen) en vervolgens de afgesleten draad met zijn tanden weer een stukje blootleggen en weer vastmaken. Starten en inderdaad … geen problemen meer. Ik grijns en gelukkig grijnst Emmanuel terug!
Onze route
Alle huishoudens die we bezoeken zijn bijzonder. Dat heeft, zo denk ik, ook zeker te maken met de sfeer die Emmanuel om zich heen creëert. En hoewel ik natuurlijk niet alles versta (of zeg maar: niets 😉) merk ik dat hij de juiste vragen stelt, dat hij de antwoorden serieus neemt, dat hij aandacht heeft voor de kinderen en zijn huishoudens ook duidelijk complimenteert als het meer dan goed gaat.
Een bijzondere grootmoeder
Nadat we dezelfde weg zijn ingeslagen als eerder bij de eerstesteenlegging in Mwangulu (maar het gaat nu stukken sneller 😉) gaan we al gauw de kleine paadjes op. Het huisje van Mnyazi staat dicht bij de weg en ik zie meteen dat ze ook een klein winkeltje voor aan de weg heeft. Na de nodige begroetingen vertelt ze dat het winkeltje vandaag dicht is, ze heeft andere bezigheden te doen!
Haar huisje ziet er top uit, en ik zie geiten, eenden en kippen rondlopen. Haar huisje is aangesloten op het elekticiteitsnet en daar is ze blij mee! Haar gescheiden dochter heeft haar kinderen bij Mnyazi achtergelaten en woont en werkt nu in Ukunda.
Mnyazi neemt deel aan het CBHB programma en is zeer actief in de groep: ze doet de hele financiële boekhouding. Ze vertelt Emmanuel dat ze graag, samen met de bijengroep, met hem wil overleggen omdat er problemen zijn met de bijen. De ‘buren’ klagen namelijk dat de bijen overlast bezorgen en willen dat de korven worden verplaatst. Daarop heeft de Chief van het dorp ingegrepen en vooralsnog vastgesteld dat de bijenkorven geen overlast kunnen geven aan omwonenden en dus niet verplaatst hoeven te worden. Dat betekent echter niet dat de problemen zijn opgelost en het verzoek van Mnyazi is om met de groep (en de Chief) te komen praten en waar mogelijk te adviseren wat te doen.
Ik heb het me al eerder afgevraagd: wat doet het met een gemeenschap als een deel daarvan zo’n mooi project opstart? Dat geeft hoe dan ook jaloezie…
Een triest verhaal
Mlongo, een weduwe met acht kinderen, is niet thuis. De kinderen vertellen dat zij naar haar shamba is om onkruid te wieden. Emmanuel vertelt me dat het na een moeilijke periode eindelijk wat beter gaat met haar en de kinderen. Een paar jaar geleden, toen haar echtgenoot overleed, heeft de familie van haar man geprobeerd haar weg te jagen van het land. Gewoon, om het stukje land in handen te krijgen. Gelukkig hebben ook hier de Chief en de Chairman van het dorp ingegrepen en de familie vertelt dat Mlongo gewoon recht heeft op het stukje land (en het huisje). Daarop is de familie afgedropen en kon Mlongo haar leven weer enigszins opbouwen. Haar huisje heeft zij opgeknapt en nadat haar eerste buitenkeuken in de regentijd is bezweken, is ze inmiddels begonnen met een nieuwe buitenkeuken (zie de palen die zij al heeft geplaatst).
Ze is eerder al ook begonnen met het toilet, maar toen een van haar kinderen (in de regentijd) in het gat is gevallen waar water in stond en deze val ternauwernood overleefde, heeft ze besloten om nog even te wachten en dan het toilet nog iets verder weg te bouwen.
Emmanuel praat wat met de kinderen, die allemaal zijn aan komen lopen. Ik merk zijn oprechte belangstelling voor elk kind (hij weet bijvoorbeeld precies wel kindje in het toilet is gevallen) en dat tekent deze Social Worker die ik al zo lang ken.
Kaluma
Het gaat om een gezin, moeder, vader en drie kinderen. Vader heeft casual jobs en Kaluma is thuis om voor de kinderen te zorgen. Ook hier zijn er eenden, waarvan de eieren of ook af en toe een enkele eend wordt verkocht. Emmanuel vertelt dat het een beetje een lokale business is, dat eenden fokken en ik moet hem gelijk geven. Want elders ben ik ze nauwelijks tegen gekomen.
Het gaat goed met het gezin, er is veel activiteit, naast eenden zijn er ook nog kippen en twee koeien. De kinderen gaan naar school en Emmanuel vertelt dat ze het alle drie erg goed doen.
Het oude huisje ziet er erg vervallen uit en dat klopt ook. In de regentijd is het ingestort en ze hebben daarom het advies gekregen (en opgevolgd) om een nieuw huisje te bouwen. Dat heeft ze gedaan, naast haar oude hut die nu, als het droog is, gebruikt wordt als buitenkeuken; als het regent wordt er in de nieuwe huis binnen gekookt. Emmanuel legt haar uit dat het goed zou zijn als ze het dak van het oude huisje repareren, zodat ze altijd buiten kan koken. Kaluma zegt toe dat zij eraan zal werken.
Kyalo Mnao
Dit gezin is niet alleen in het CBHB programma opgenomen, maar neemt ook deel aan het Yes We Can project voor Children with Special Abilities. Sarah is het tweede kind in het gezin met in totaal zes kinderen, en zij is verstandelijk beperkt. Ze is al groot, maar als moeder de mat buiten legt en haar erop zet, blijft ze zitten waar ze zit. Ze lacht graag maar praten doet ze in ieder geval niet als wij er zijn 😊 Sarah gaat niet naar de SSU, ze kan niet (ver) lopen en ze is te zwaar om te tillen. Er is geen wheelchair. Er worden oplossingen gezocht om haar volgend schooljaar in ieder geval één of twee keer per week naar de (nieuwe) SSU in Mwangulu te krijgen en dat zou wel heel fijn zijn!
Het is erg heet en ik moet een beetje glimlachen om de schapen, die allemaal tegen het huisje aangeplakt staan, want daar is nou net een beetje schaduw. En het zijn er veel en er loopt zelfs een enkele geit tussendoor… en natuurlijk zijn er de gebruikelijke kippen en eenden. De mama is thuis en de vader heeft casual jobs: de ene keer dit en de andere keer dat. Toch lijkt het goed te gaan met het gezin. Het huisje ziet er leuk uit en ook het erf is netjes onderhouden. Er staat wat maïs en er zijn boompjes geplant.
De vijf kinderen gaan allemaal naar school. En dat niet alleen: het gaat erg goed met ze en ze zijn alle vijf overgegaan naar de volgende klas. Een van de kinderen gaat nu naar groep 8 en ik vraag wat er gaat gebeuren als dit kind volgend jaar naar de secondary school zal kunnen gaan. Nou, dat is heel eenvoudig: dan wordt er een schaap verkocht zodat de schoolgelden en alle andere kosten betaald kunnen worden. En dat zijn er nogal wat: er moeten kleren aangeschaft worden, lakens, waspoeder, zeep en alle spullen die je nodig hebt. Soms zijn de eisen wel erg bizar: je mag alleen dichte schoenen aan of er moet ook een deken zijn omdat het ’s nachts koud is (21 graden of zo 😉). En hoewel de meeste kosten natuurlijk alleen het eerste jaar nodig zijn, blijven het kosten die de armere gezinnen moeilijk kunnen opbrengen. Er wordt dan ook veel met zogenaamde scholarships (beurzen) gewerkt. Ook KidsCare werkt met zo’n programma. Er is hierbij een nauwe samenwerking aangegaan met de Stichting Waridihome, een NL organisatie die donaties beschikbaar stelt voor scholarships, zodat kinderen uit de Homecare programma’s van (onder andere) KidsCare kunnen doorstromen naar de secondary school.
Een stenen huis
Tot mijn stomme verbazing zie ik bij het volgende huishouden een prachtig stenen huis staan. En hoewel het helemaal af lijkt, zie ik als ik erom heen loop, dat de achterkant nog helemaal afgemaakt moet worden. De hoop stenen voor de deur is dan ook nog hard nodig.
Hier wonen een grootvader Mzungu (ja ècht waar! Dubbelgecheckt!) en zijn vrouw, die de zorg op zich hebben genomen voor hun vier kleinkinderen, omdat de moeder van de kinderen na de dood van haar man is teruggegaan naar haar eigen ouders. Ze heeft haar kinderen eenvoudigweg achtergelaten bij de grootouders van de kinderen …
Door middel van de merry-go-round heeft Mzungu een grote lening kunnen afsluiten bij de Financial Service Association (FSA). Met die lening heeft hij het materiaal kunnen kopen en hulp kunnen inhuren voor de bouw van het stenen huis.
De ‘oude’ hut is opgeknapt en wordt nu door de (al grote) kinderen gebruikt. Mzungu en zijn vrouw slapen in het stenen huis.
Een aantal kinderen is op het erf aanwezig en zij vertellen Emmanuel dat hun grootmoeder naar de markt is en grootvader op de shamba aan het werk is. Er wordt gebeld en Mzungu zegt toe direct terug te zullen komen.
Inmiddels is er een jongen bij ons komen staan, waarvan ik denk ‘Hé, die ken ik!’ En dat klopt! Het is de jongen die ik een jaar geleden samen met Winnie (ook een Social Worker) tijdens mijn fieldtrip bezocht op zijn school. Ik vond het toen erg aangrijpend wat ik daar meemaakte: een boze, geïrriteerde lerares die klaagde over het feit dat de jongen (Solomon, maar ik noemde hem destijds John in mijn blog) niet wilde leren, dat hij nummer 68 op de lijst met 70 leerlingen stond (heel laag dus) en dat ook zijn moeder zich vreselijk over hem opwond. Solomon bleek een verstandelijke beperking te hebben en het was dus niet meer dan normaal dat hij niet mee kon komen in zo’n grote klas. Ik was er toen erg van onder de indruk… (zie eventueel ook mijn blog uit 2018 over ‘John’ https://gradasnoek.nl/kidscare-kenia-bijzondere-ontmoetingen/).
Inmiddels gaat Solomon niet meer naar de gewone primary school maar naar de SSU. En wat een effect heeft dat! Want als ik de jongen van nu vergelijk met destijds, krijg ik het helemaal warm. Straalde hij vorig jaar nog een volledige afwezigheid uit, had hij een mimiekloos gezicht en doffe, verdrietige ogen, nu is daar een jongen die lacht en praat, maar ook giechelend wegkruipt achter de boom omdat hij niet gefotografeerd wil worden. Ik vind het fantastisch om hem zo te zien …
Terwijl we wachten op Mzungu, houdt Emmanuel bijna niet op met vertellen over dit gezin. Hij is ongelofelijk trots en dat wordt nog zichtbaarder als de grootvader komt aanlopen. Hij wordt door ons gefeliciteerd met wat hij hier toch maar even heeft neergezet en hij straalt helemaal. Hij blijft trots praten met Emmanuel en vertelt over de twee ramen, die toch elk Khs 6000 (zo’n € 60) hebben gekost. Daar moest het dan ook maar bij blijven, want meer geld is er echt niet.
Het is een genot om naar deze mensen te kijken. De kansen die Mzungu heeft gegrepen, te beseffen wat zo’n SSU kan doen voor een jongen als Solomon. Want Mzungu kan alleen maar beamen wat ik gewoon ook zie: het gaat goed met Solomon, het is gewoon een blije knul geworden!
Een onbekende vader
Het laatste huishouden wat we bezoeken, levert weer een bijzonder verhaal op. Emmanuel vertelt dat hij de vader, die een beetje ‘verslapen’ uit een (overigens mooie) hut komt lopen, nog niet eerder heeft ontmoet. Dat komt omdat de vader overal en nergens werkt (casual jobs heeft) en dus vaak niet thuis is.
Maar dat wil niet zeggen dat er niks gebeurt: de oude hut is opgeknapt en wordt nu door hun zeven kinderen gebruikt, en de nieuwe hut ziet er ook prachtig uit. In deze regio worden vaak grasdaken gemaakt, omdat dit veel koeler is op deze uitgestrekte, minder door bomen begroeide vlakten, waardoor het veel warmer is dan in gebied met meer bos. Er staan nog wat meer hutjes op het erf, maar dat zijn ‘de buren’, zo vertelt Emmanuel. De mama neemt deel aan het CBHB programma en heeft daarnaast wat kleine business zoals een stukje land waarop ze wat groente verbouwt, en de nooit ontbrekende kippen. Bij navraag blijkt de mama met de kinderen naar het ziekenhuis te zijn, omdat ze allemaal wat ziekig zijn.
Emmanuel praat uitgebreid met de vader en terwijl ik het allemaal maar wat langs me heen laat kabbelen, kijk ik verwonderd naar een man en twee vrouwen die het erf op komen lopen, doorstiefelen naar het stukje land achter een groene heg om vervolgens met dezelfde snelheid weer terug te komen rennen en uit het zicht te verdwijnen. Niemand reageert… Ik frons een beetje en wacht mijn kans af om Emmanuel te vragen wat dat nou weer allemaal moest voorstellen.
En Emmanuel moet erom glimlachen. Het gaat om een organisatie KWAHO (Kenyan Water And Health Organization), die de huishoudens in de regio LungaLunga controleert op het hebben van een toilet. Heb je geen toilet, word je meteen voor het gerecht gedaagd. Mijn mond valt een beetje open, hoewel Emmanuel benadrukt dat de druk die wordt uitgeoefend door dit soort bezoeken, wel resultaten oplevert 😉 Ja, dat snap ik best.
Lunch
We houden ermee op. Het is tijd om van de lunch van mama Fridah (chapati en banaan) te gaan genieten. Ik stel voor dat we ergens een boom opzoeken (oftewel schaduw) en Emmanuel vindt het ook een goed plan. Het is hier wel even zoeken, maar we vinden hem wel. We praten uitgebreid over van alles en nog wat en over het feit dat hij heeft moeten verhuizen van Pongwe (vrij dicht bij het KidsCare Center) naar Mwangulu, omdat hij werd overgeplaatst naar deze regio. Zijn vrouw is met hem meegegaan en inmiddels is hij sinds zes maanden vader van een prachtige zoon. Het is fijn dat hij zijn gezin bij zich heeft, want dat is zeker geen standaard situatie. Het is regelmatig voorgekomen dat een Social Worker bij KidsCare kwam werken en zijn gezin achter moest laten in Nairobi of soms nog verder. En dan wonen ze hier in een kamertje, met een bed en soms een radio, met een lampje aan het plafond en wat kleine spulletjes, zoals een bak om je kleren in te wassen en een bak om jezelf in te poedelen. Ik heb me vaak afgevraagd hoe lang je zoiets kunt volhouden, en dat klopt ook wel: vaak gaan deze medewerkers na enige tijd toch weer weg…
Maar Emmanuel is een van de oudgedienden en ik hoop dat ik hem nog vaak mag tegenkomen bij KidsCare.
We stappen op de pikipiki en rijden naar KidsCare terug; wel lekker dat Emmanuel ‘even’ naar de office moet, dan hoef ik niet te wachten op een matatu. Achter op de pikipiki laat ik alle huishoudens die ik op mijn laatste fieldtrip mocht bezoeken, nog even door mijn hoofd gaan. Wat is het toch elke keer weer een belevenis om mee te gaan en met eigen ogen te zien dat een klein beetje hulp soms zulke grote gevolgen kan hebben …
Met een tevreden zucht,
Grada
Ik heb genoten van al je bijzondere en ontroerende verhalen. Alsof ik er bij was. Jammer dat jouw verblijf daar al weer om is en je verhalen dus ook. Wat een geweldig goede mooie vooruitgang is er voor veel gezinnen.
hallo Grada,
Dank je wel voor je mooie en bijzondere reisverslag. Veel van wat je beschrijft is herkenbaar, we zijn zelf ook net een paar weken terug uit Kenia. Ik was niet op de hoogte van KidsCare maar gelukkig hebben ook wij een aantal kinderen/klassen kunnen helpen door vooral lesmateriaal te doneren. We hebben met de docent afspraken kunnen maken dat dit bij de kinderen terecht komt die door armoede geen boeken kunnen kopen.
Grada, wat later, maar vanwege de verhuisdrukte heb ik je laatste verhaal van deze trip met bewondering gelezen. En weer prachtige foto’s bekeken.
Inmiddels ben je weer thuis en pak je hier de draad weer op.
We gaan zeker weer eens afspreken; nu in mijn nieuwe woonplaats.
Hartelijke groet,
Bep