Geschreven in Kenia op 5 december 2019
Dit keer lukt het me niet… bij de poort word ik vermanend toegesproken door de HOD (Head of Department) William, dat ik een helm en een geel hesje aan moet. Ik ken William al heel lang, maar dit keer durf ik toch niet tegen hem in te gaan, hij kijkt zo streng! Dus hijs ik me braaf In het hesje en zet de helm op mijn hoofd. Faridah, de Social Worker met wie ik vandaag mee zal gaan, en ik … we zijn er klaar voor. Ze heeft me verteld dat we naar Kikoneni gaan, en die village ken ik nog van mijn allereerste fieldtrip in 2016, destijds samen met Social Worker Josephine en mijn eigen ‘driver’ Madjaliwa. En ik weet ook nog dat het niet zo ver was 😉
Faridah heeft me uitgelegd dat we eerst wat huishoudens gaan bezoeken, daarna de instruction site van de beehives zullen bezoeken en tot slot naar Ismael zullen doorrijden voor enkele therapiesessies. Ik vind alles best, ik heb anderhalve liter water bij me en wat chapati’s voor de lunch. Ook neem ik wat kleertjes mee, hoewel ik niet goed weet in welke leeftijdscategorie de kinderen vallen die we vandaag bezoeken.
Voor de weg naar Kikoneni moeten we al snel de geasfalteerde weg (vol met gaten en scheuren) verlaten en afslaan naar het binnenland. Regelmatig laat ik mijn tong even door mijn mond gaan om te voelen of al mijn tanden nog wel vastzitten, maar dat gaat gelukkig goed. Doordat het regentijd is, zijn er ook prachtige poelen met die blauwe waterlelies te zien… ik móét even stoppen voor wat foto’s 😉
Daarna hobbelen en stuiteren we dus rustig door en komen na zo’n kleine drie kwartier aan bij ons eerste huisbezoek.
Veranderingen
In een gesprek met Faridah hoor ik meer over het huidige Homecare programma of beter omschreven: het Community Based Homecare and Beekeeping program, kort CBHB-program. Het hele bijenproject heeft, met hulp van zoveel mensen (zoals onder anderen Koos Haarwinkel in Amersfoort en Pannenkoekenhuis de Gillende Keukenmeid in Hoevelaken) een enorme vlucht genomen.
Op dit moment nemen in ongeveer 24 dorpen zo’n 360 huishoudens deel aan het programma. Zij hebben (afhankelijk van hun inzet) zes tot twaalf bijenkorven ter beschikking gesteld gekregen van KidsCare en zijn getraind door de overheid. Per dorp zijn er zo’n tien huishoudens (en vijf KCV’s) georganiseerd in een groep (coöperatie) die de zorg hebben voor de bijenkorven. Als er wordt geoogst, komt de honing naar KidsCare, waar het gezuiverd wordt (gecentrifugeerd) en verpakt. Ook de marketing wordt (nog) vanuit KidsCare gedaan en het heet dan ook ‘KidsCare Honey’.
Langzaam maar zeker worden de mensen in het CBHB-program dus zelfstandig gemaakt. Dat heeft ertoe geleid dat besloten is de financiële ondersteuning na elke zes maanden af te bouwen (van 1500 Ksh naar 1000 naar 500 naar 0); de ondersteuning voor wat betreft advisering en hulp van de Social Workers blijft gehandhaafd tot drie jaar. Ik geef aan dat ik het bijzonder snel vind, maar gaande de ochtend laat Faridah mij zien dat dit zeker niet het geval is. De huishoudens worden zeer actief vooral omdat de tijd dat zij financieel ondersteund worden zo overzichtelijk is en zij weten dat zij elke kans om zelfstandig en onafhankelijk te worden met beide handen moeten aangrijpen. Dit betekent dat naast deelname aan de bijengroep, gaan ze ook op zoek naar andere inkomsten.
Merry-go-round
Dit is een systeem waarbij alle deelnemers die aan het CBHB-programma deelnemen, een gelijk deel van hun inkomsten in een soort ‘dorpsbank’ storten, waarna een van de huishoudens de hele inleg krijgt en daar dus een grote uitgave van kan doen. Dat kan bouwmateriaal zijn, maar ook golfplaten dakdelen, vee of iets dergelijks; de keuze is aan degene die aan de beurt is. En iedereen komt een keer aan bod en op die manier gaat het herbouwen van een huis of het starten van een (kleine) business veel sneller. Ik vind het een fantastische manier van een community die er voor elkaar is.
Gescheiden
Majnaciti is twee jaar geleden in het CBHB-programma opgenomen. Zij en haar vier kinderen hadden helemaal niks meer na de scheiding en leefden van de goede giften van buren en wat familie. Inmiddels heeft zij alle adviezen van Faridah meer dan opgevolgd en heeft langzaam maar zeker, gebruikmakend van de merry-go-round, haar grote huis volledig gerenoveerd. Nog niet zo lang geleden heeft zij de laatste golfplaat op haar dak kunnen leggen. Haar oude huisje is omgedoopt tot buitenkeuken. Het is een lust voor het oog. Haar inkomen komt van de verkoop van doerians (jackfruit) van de enorme boom die zij in haar tuin heeft, fokt ze konijnen voor de verkoop en verder heeft zij aan huis nog een klein handeltje opgezet: ze verkoopt petrol (benzine). Haar kinderen gaan allemaal naar school en er staat dan ook een trotse moeder voor mij!
Angstig
De grootmoeder (‘njaja’) die stralend op me afkomt, vertelt honderd uit. Niet dat ik daar ook maar een woord van versta, maar de manier waarop ze praat is zo inspirerend, dat het dan ook volkomen normaal voelt dat ik regelmatig knik, goedkeurend hum en enthousiast ‘ah’ (of eigenlijk ‘ieeeee’) roep. Njaja zorgt voor haar geestelijke fors gehandicapte dochter, die zij heeft weggehaald bij de mannen, die niets goeds met haar van plan waren. Helaas zijn er al wel twee kleinkinderen, waar njaja nu ook voor zorgt.
In het verleden stortte het huis, een groot huis (!) in het regenseizoen telkens in, maar njaja bouwde het steeds weer op. Op advies van Faridah is er, ook weer door middel van de merry-go-round, op een betere plek een steviger huis gebouwd. En hoewel zij daar natuurlijk een enkele bouwvakker voor heeft ingehuurd, heeft zij toch het meeste zelf gedaan. Het ziet er fantastisch uit; een nieuwe deur is staat op haar wensenlijstje. Het huisje wat zij gebruikte tijdens de bouw van het nieuwe huis, wordt nu nog als keuken gebruikt, maar … zo vertelt zij ons, ze wil liever haar oude (grote) huis ombouwen tot buitenkeuken 😉
Regelmatig worden er bij haar bijeenkomsten georganiseerd door de groep bijenhouders. Daarom heeft zij banken gemaakt die in een kring staan, klaar voor de volgende vergadering!
Geweldig om te zien hoe zij haar leven volledig heeft omgegooid en nu, aldus Faridah, zeer actief en positief aan het werk is.
Even later gebaart njaja dat ik echt nog even moet gaan zitten en vervolgens rent zij weg om haar dochter te halen. Helaas, bij het zien van mij raakt die volledig in de stress, schreeuwt onverstaanbare klanken (ze praat niet/nauwelijks) en maakt rechtsomkeert. Ze rent echt weg. Ik vind het zo triest om te zien, ik moet even een paar keer slikken. Njaja verontschuldigt zich, maar vervolgens trekt ze aan mijn hand en wijst naar het dak. Eerst begrijp ik niet goed wat ze bedoelt, maar Faridah wijst ook en nu zie ik het ook: njaja heeft een zonnepaneeltje op haar dak! Geweldig, ik word helemaal enthousiast. Want het is niet overal mogelijk om elektriciteit te krijgen en hier in de middle of nowhere is het sowieso heel duur. Daarom gebruiken de mensen paraffine lampen, maar dat is natuurlijk weer brandgevaarlijk. Het zonnepaneeltje levert precies voldoende voor datgene waarvoor zij elektra nodig heeft.
En hoe blij kun je zijn met een klein zonnepaneeltje … ze straalt zoveel positiviteit uit, dat ik daar een beetje stil van word…
Zo jong nog
Zo jong en dan al weduwe: Rachema is 29 jaar en heeft drie kinderen. Zij is zelf wees en dat betekent dat zij geen hulp heeft van ouders, broers of zusters. Dan is het leven in Kenia bijzonder zwaar…
Ze is nog bezig met het reconstrueren van haar (oude) huis en Faridah zegt dat haar adviezen meer dan opgevolgd worden. Soms belt Rachema haar zelfs op om te overleggen over verdergaande stappen die ze wil zetten. En zo heeft zij, deelnemend aan het CBHB-program, inmiddels ook eenden, geiten en een koe. En ook zij heeft enkele zonnepaneeltjes op haar dak! Ze verkoopt de mango’s van haar eigen mangoboom, hoewel dat natuurlijk toch seizoensgebonden inkomen is. Daarom maakt ze in de vroege ochtend ook mandazi’s (zoete deegflapjes), die ze verkoopt op de markt in het dorp. Hier zijn de Kenianen dol op 😉 (ik iets minder).
De kinderen zijn alle drie thuis en ik kan wat kleding achterlaten. Rachema is blij … en dat maakt mij ook blij.
De laatste
Waar zijn toch al die mannen, vraag ik me af. Want ook Fatuma is weer een alleenstaande vrouw met drie kinderen, die als we aankomen net bezig is met de was. Haar grote huis was twee jaar geleden nog volledig verzakt, stond op instorten, maar ze heeft het voor elkaar gekregen dat het nu volledig is gereconstrueerd. De (ook weer) grote buitenkeuken staat iets van het huis weg evenals het toilet. Omdat het dorp groeiende is, zijn er steeds meer huizen bijgekomen en staan nu een beetje vreemd dicht bij haar en haar keuken. Ze verkoopt kleine mandazi’s op de markt in Kikoneni. En daarnaast heeft ze kippen en geiten aangeschaft met behulp van de merry-go-round. Het blijft een fascinerend instrument!
Grote huizen
Het valt me op dat in dit dorp de huizen behoorlijk veel groter zijn dan in de dorpen die ik eerder met Ismael en Gwaru bezocht. Faridah kan mij verzekeren dat dit echt streekgebonden is: het is in Kikoneni heel normaal om grote huizen te hebben 😉 terwijl men in andere streken het met veel minder vierkante meters doet. Ik moet erom glimlachen, want dit had ik gewoon niet verwacht…
Instruction site beehives
Het is inmiddels wel erg warm geworden en ik vraag Faridah of de site erg ver weg is. ‘Nee’, benadrukt ze, maar we moeten wel even een stukje de berg op. De schrik slaat me om het hart en ik twijfel of het verstandig is. Maar we gaan toch maar op pad. Het is helemaal niet ‘dichtbij’ maar een fors eind klimmen, zonder een zuchtje wind, te vaak vol in de zon en … op slippers. Het woord ‘slippery’ past eigenlijk precies bij het woord slippers, want het zweet gutst me van alle kanten van het lijf. Ik blijf maar drinken maar het helpt me niet. Eindelijk eindelijk zijn we boven en is er inderdaad een prachtige site met beehives. De KCV die met ons is meegelopen naar de site, vertelt over hun eerste oogst en hoe blij iedereen was. Ze hebben daarna de hives iets hoger verplaatst (welja …) zodat ze meer in de schaduw kunnen staan en er dus meer bijenactiviteit kan plaatsvinden. Ook zijn er nog zes hives bijgekomen. Om even wat te rusten en mijn laatste water te drinken, ga ik op een boomstronk zitten. Het blijft bizar om, nadat je een halve liter water naar binnen hebt gewerkt, je met dezelfde snelheid dat water weer op je armen ziet verschijnen en in je nek en op je rug voelt kriebelen. Maar dit keer lukt het me niet om dat gebeuren weer met verbazing te bekijken, want tien seconden later word ik door een leger mieren aangevallen en die kriebelen niet alleen, maar willen heel duidelijk laten weten dat ze mijn aanwezigheid daar niet appreciëren. En dat laten ze ook voelen: ze zitten overal en bijten naar hartelust. De rust is me duidelijk niet gegund 😊😊😉
Maar het uitzicht is adembenemend. Heel ver in de verte zien we zelfs het bedrijf Base Titanium liggen, een grote sponsor van KidsCare. Het enorme bedrijf ligt aan de weg van Mombasa naar LungaLunga en ik ben me er erg van bewust dat ik een prestatie heb geleverd om hier omhoog te klimmen om dit te kunnen zien. Stiekem check ik mijn telefoon om de temperatuur te zien: 38 graden. Wow, okay, ik mag me even niet zo lekker voelen, maar dat heeft duidelijk een reden…
De afdaling gaat wat gemakkelijker, hoewel die slippery slippers toch vervelend zijn. Beneden aangekomen besluiten we dat ik niet meer naar de therapiesessies ga (zo’n 35 km verderop), maar dat ik door Faridah teruggebracht word naar het centrum.
Opgeknapt
Na een lekkere lunch, een verkoelende douche en een goed gesprek met mama Fridah ben ik weer helemaal hersteld. ‘s Middags gaan Gloria en ik aan de slag met de website, ik noteer haar wensen en zal, als zij vanaf morgen een week op ‘leave’ gaat in verband met een familiefeest, deze nader uitwerken voor haar. Ik ben nog steeds verbaasd hoe deze jonge vrouw, die ik 5 jaar geleden voor het eerst ontmoette als een verlegen, schuchtere maar wel opgeleide secretaresse, veranderd is in een zelfverzekerde PA die geen blad voor de mond neemt en waarmee het heel erg goed discussiëren is over zaken die KidsCare aangaan. Ze heeft zich ontwikkeld tot iemand met een mening, die ze overigens wel toetst bij anderen. Ze kan op een wat NL aandoende manier (in ieder geval tegen mij) heel direct reageren en ik moet daar iedere keer weer om lachen. Een ding is zeker: ze is een goede en zeer waardevolle ondersteuning voor de directie geworden en daar ben ik enorm trots op!
Nog niet genoeg
Nog voor het eten is het nog even tijd voor een bezoekje aan Margret, een van de mama’s die in de keuken werkt. Zij woont niet ver van het centrum en mama Fridah en ik ploegen door het hoge gras en een prachtig eucalyptusbos naar haar huis. Het is apart om te zien dat de grond hier gewoon zanderig is, alsof je op het strand loopt. Het lijkt erop dat in een ver verleden de zee misschien wel tot hier kwam….
Geweldig hoe Margret daar woont, samen met haar moeder, broers en zussen. Twee enorme cashewnotenbomen geven voldoende schaduw, de kippen rennen in groten getale om ons heen en als we aankomen worden net de koeien van haar moeder (weduwe) thuisgebracht. Hoewel Margret een vaste baan heeft, is het fijn als ze eens wat extra’s krijgt en ik heb daarom wat kleertjes uitgezocht voor haar dochtertje Claire. Die laatste is in eerste instantie bang, durft me geen hand te geven, maar wijkt later niet meer van mijn zijde.
Margret neemt me bij de hand en we lopen nog een stukje verder: ik moet de coconut trees zien, waar haar zoon vliegensvlug omhoogklimt en een vijftal coconuts voor ons plukt; nou ja ‘plukken’… het is meer naar beneden pleuren. Ik schrik me een ongeluk als de eerste met een klap naast me neervalt. Iedereen natuurlijk in een deuk.
Uit de mangoboom wordt met één zwieper een mango naar beneden gehaald en die mag ik natuurlijk ook meenemen. Terug onder de cashewnut trees drinken we de coconut milk en krijgen een lepeltje voor de andere inhoud. Wat ben ik daar toch dol op: verse coconut is zoooo heerlijk! Maar op = op en de (bijna) lege coconut wordt naar de kippen gegooid. Dat blijkt een traktatie!
Na het hartelijke afscheid met de wens ‘tutaonana kesho’ (see you tomorrow) lopen we weer terug naar KidsCare center. Het dochtertje van Margret huilt dikke tranen, want ze wil met ons mee … 😊
Slapen
Met een moe maar voldaan gevoel ga ik weer vroeg naar bed, hoewel het in slaap vallen wat moeilijker blijkt. De dag heeft indruk op me gemaakt, zoals elke dag, elke fieldtrip indruk maakt. Je eigen problemen worden wat kleiner hier, wat minder belangrijk. Ik doe het licht weer aan en haal laptop en oplader uit de koelkast in de keuken (ja… helaas is de lader nog steeds van slag en ik weet niet wanneer hij het begeeft) en ik schrijf de belangrijkste dingen alvast op …
Dan hoor ik een druppel vallen op het dak; een korte en hevige bui ratelt door de stilte van de nacht zonder enige afkoeling te brengen. Ik sluit af en nog klammer dan klam val ik dan toch eindelijk in slaap…
Met een diepe zucht en lieve groet,
Grada
Een coconut moet je niet op je hoofd krijgen. Wauw weer n mooi verhaal Grada!
Geniet helemaal met je mee Grada. bedankt voor de mooie verhalen
Wat bijzonder… bedankt voor het delen.