Geplaatst op 7 januari 2015 in Malawi
Als ik mijn blog van 5 januari lees, moet ik wel even glimlachen. Want ik had nog zoveel uitgebreider kunnen schrijven, er is nog zoveel meer wat me is opgevallen, wat zo typerend is aan Malawi. Zoals bij de pech onderweg…
We stonden nog geen minuut te kijken naar het probleem (een beschermingskap achter de bumper, onder de motor die gewoon (af)gebroken was en over het asfalt ratelde), of er kwamen in deze ‘middle of nowhere’ al twee Malawianen aanlopen die direct onder de auto doken. Zonder vragen, zonder mopperen, gewoon doen. Gelukkig voor hen had IK dan wel weer een bundeltje tyraps bij me, zodat de losse delen aan elkaar en aan de bumper vastgemaakt konden worden. Natuurlijk hebben we ze een kleinigheidje gegeven, maar ik weet zeker dat als we dat niet hadden gedaan, ze ook breed lachend waren verder gewandeld met in hun achterhoofd het prachtige verhaal wat ze thuis kunnen vertellen: vier Mzungus (white people) en dan ook nog vier vrouwen 😉 met pech langs de weg. Bij een drankje gaat zo’n verhaal er wel in…
Een drankje. Ja, dat is een groot probleem in Malawi. Er wordt veel gedronken en er is dan ook veel openbaar dronkenschap. Mannen lopen slingerend langs de weg of erger nog: proberen te fietsen. En dat levert gevaarlijke situaties op de slechte wegen en met de rammelende auto’s. Want de wegen zijn ok, maar je moet toch regelmatig gaten (of lopende/fietsende mensen) ontwijken. De claxon is hier dan ook een veel gebruikt onderdeel van de auto. En iedereen die mij goed kent, weet dat ik daar ook (niet alleen in Malawi) veelvuldig gebruik van maak hahaha!
Dat die claxon belangrijk is, merkte ik deze week ook toen ik ’s morgens wakker werd omdat ik dacht dat ik een auto het water in hoorde rijden. Een hoop lawaai, een hoop gespetter, spinnende wielen en ineens was het stil. Ik was toch wel heel nieuwsgierig en liep naar buiten. Je weet dan niet wat je ziet: de ambulance van het vlakbij gelegen hospitaaltje stond pontificaal in het meer en twee broeders (?) waren heel rustig de auto aan het wassen. Met een big smile (en natuurlijk mijn camera in de aanslag) heb ik het hele schouwspel (duurde ruim een uur) gadegeslagen: met een doekje en wat sop wordt de auto gewassen, de ramen gelapt, de bumper gepoetst en … de claxon schoongemaakt. Ik wist niet dat dat kon, maar een mens is nooit te oud om te leren.
Na dat uurtje poetsen (en lachen, en zingen, en uitrusten, en kletsen) wordt hetzelfde doekje even uitgespoeld en gaan de broeders zichzelf te lijf: gezicht en haren worden lekker gesopt, handen gewassen en de schoenen leeggegoten. Die mogen vervolgens even drogen in de zon. Zelf gaan ze in de auto zitten om even uit te rusten van deze intensieve klus. Ik vraag me af: ruikt de auto nou naar mensenzeep of de broeders naar autozeep?
In de periode dat ik in het dovenproject in Mzuzu meeloop, woon ik bij Lonneke en Jan Willem, de begeleiders van het project. (Helaas is Lonneke nog steeds geveld door de griep en ga ik dus alleen met Jan Willem naar Mzuzu.) Zij hebben twee huisdieren: een hond (Charlie) en een kat (Sjees) die dol op elkaar zijn. Als zij hun gekke half uurtje hebben, dan leg ik alles opzij en aanschouw het geheel als een film. Ik heb nog nooit gezien dat een kat en een hond zo met elkaar spelen… De foto laat hoop ik zien wat ik bedoel.
Omdat de auto van Lonneke en Jan Willem geduldig op een vrij cruciaal spare part wacht, zijn we tot op heden afhankelijk van ofwel een taxi ofwel een lift van mensen uit Nkhatabay die ook naar Mzuzu gaan.
Nadat we dinsdag met gevaar voor eigen leven meegereden zijn met Steve en Sean, de Engelse eigenaren van het restaurant Kaya Papaya in Nkhatabay, krijg ik mijn eerste les in sign language (gebarentaal). Het is zo verschrikkelijk leuk om te leren en om te zien hoe enthousiast mijn teacher (Collins) is als ik dingen oefen en hij me begrijpt! Ik heb in mijn leven veel talen geleerd, maar nog nooit heb ik zoveel plezier beleefd aan het begrepen worden! Als ik de andere dove studenten tegenkom, probeer ik alles wat ik geleerd heb uit en af en toe gieren ze het uit en verbeteren me met veel handgebaren! Heerlijk! Het is jammer dat ik hier in deze blog niet kan laten zien wat ik allemaal geleerd heb …
En dan is het woensdag. Een prachtige dag met een helderblauwe lucht na een nacht met forse stortregens. Het is regenseizoen en ik heb begrepen dat het al minder heet is dan een paar weken geleden. Voor mij is het echter nog steeds behoorlijk heet, maar ik vind het heerlijk.
Lonneke is aan de beterende hand, maar dat snap ik heel goed: ze heeft het aan mij overgedaan. Ik verkeer in een staat van algehele malaise en het toilet is op dit moment mijn beste vriend. Ach, ook dat gaat wel weer over. We blijven thuis en dat is heerlijk. Jan Willem gaat voor een krant een artikel schrijven over de Greenshop, ik werk een beetje aan deze blog, bel mijn gehele beltegoed op om mijn computer aan de gang te krijgen en kan (met dank aan Wilco van IT Synthon) eindelijk even wat voor mijn opdrachten doen. Ik ga ook nog even met de taxi naar het dorp (kosten 1500 kwatcha = 3 euro), haal een pak geld en kraskaartjes voor databundels. Dat laatste is geheel nieuw voor mij (verwend kreng met – in NL – een telefoon abonnement) en ik kijk mijn ogen uit. Ik zet ook nog even alle foto’s die ik in de afgelopen week heb gemaakt, op de computer. Een week … Het lijkt veel langer.
Ik zwem wat, blijf kijken naar het schouwspel van de vrouwen uit het dorp, die hier aan het strand hun was doen, die was op de rotsen te drogen leggen en vervolgens de tijd nemen om zichzelf te wassen zittend in het water; ze kletsen en zingen en kijken af en toe omhoog naar die rare Mzungu die daar op haar balkonnetje zit met een computer op schoot. Ik zou er wat voor geven om te weten wat ze denken ….
Veel liefs vanuit een adembenemend Malawi,
Grada
Geef een reactie